Proces
Stap 1
Graaf eens even terug in je geheugen. Bezocht jij ooit al een festival? Zo ja, Wat vond je daar toen van?
Vond je het leuk? Wat vond je goed en wat vond je slecht? Waar was er ruimte voor verbetering? Waren de tickets schandalig duur, of viel dat nog reuze mee?
Omdat de meeste jongeren van jou leeftijd nog geen directe ervaring hebben met festivals, heb je misschien moeite om een mening te vormen over welk festival het beste is.
Ga daarom naar
bronnen. Daar vind je links naar de sites van de verschillende festivals, filmpjes, krantenartikels, ...
Allemaal materiaal, het ene al nuttiger dan het andere, dat je kan helpen met het vormen van een mening.
Als toekomstig festivalverslaggever is het immers superbelangrijk dat je op de hoogte bent van het reilen en zeilen bij de Belgische festivals.
Als je even door alle informatie gesnuisterd hebt, vorm je een mening over de festivals.
Welk festival vind jij het beste?
Formuleer nu een stelling op basis van je mening.
vb. Ik vind festival x het beste festival van België.
Zo nu heb je jouw stelling waarvan jij de jury van De Standaard moet weten te overtuigen. Maar voor je in het wilde weg gaat beginnen schrijven, moet je toch eerst een aantal vragen beantwoorden:
- Heb je nu genoeg parate kennis of ga je nog extra informatie moeten opzoeken?
- Welk opleidingsniveau hebben je lezers en welke voorkennis hebben ze over het onderwerp? Wat zijn de consequenties daarvan voor je woordkeuze, zinsbouw en achtergrondinformatie?
- Uit hoeveel woorden mag het betoog bestaan?
Bekijk ook zeker
evaluatie. Zo weet je waar je leerkracht rekening mee houdt.
Stap 2
Nu je een duidelijk standpunt ingenomen hebt, is het tijd om je standpunt te onderbouwen.
Bedenk zelf argumenten waarmee je dat standpunt gaat verdedigen en/of zoek ze op in allerlei informatiebronnen, zoals opiniepagina’s van kranten en tijdschriften, internetfora, websites, discussieprogramma’s op radio en televisie.
Ga bij elk argument na of het overtuigend genoeg is. Is dat niet het geval, ondersteun het dan extra met een ander argument. Subargumenten bestaan meestal uit onderzoeksresultaten, typerende voorbeelden, vergelijkbare gevallen of uitspraken van gezaghebbende deskundigen.
Stap 3
Weerleg de belangrijkste tegenargumenten.
Stap 4
Orden de hoofd- en subargumenten, tegenargumenten en weerleggingen in een overzichtelijk boom- of waaierschema.
De theorie over hoe je argumenten en subargumenten, tegenargumenten en weerleggingen nu weer ordent in een overzichtelijk boom- of waaierschema vind je hier terug.
De theorie over hoe je zorgt voor logische alineaverbanden vind je hier terug.